Het gebouw

Actuele foto's
Interieur
Exterieur
Plattegronden


Historische foto's
Voor 1940
Na 1940
Luchtfoto's
Plattegronden

Historische documenten
Brochure Minervahuizen 1949

Met dank aan het Gemeentearchief, particuliere verzamelingen, het boek "De Stadsdriehoek van Rotterdam, deel 1", van H.A. Voet en "Unieke Rotterdamse Jaren", van H.A. Voet en A. Tak.

Stukje historie
De plaats waar de Minervahuizen staan maakt deel uit van de zogeheten Stadsdriehoek, het gebied waar de 'echte Rotterdammer' vandaan komt, zo weten ouderen nog te melden. Zoals bijvoorbeeld de cabaretier Louis Davids, welbekend, maar niet als Rotterdammer die aan de Zandstraat werd geboren.

Het gebied was een warwinkel van smalle straten en stegen. Krappe bedoelinkjes, logementen, bordelen, winkeltjes en pakhuizen.

Met inmiddels vergeten namen als Mosterdsteeg, Papensteeg, Helsteegje, Krattensteeg, Kikkersteeg, Halvemaanstraat etc. Veelal in slechte staat, bouwvallige krotten, zodanig dat sommige straatjes uit gevaar voor instorting zelfs werden gesloten voor verkeer. Misdaad tierde welig, prostitutie floreerde: de politie kwam er niet graag. Vandaag de dag zouden we het een 'no go area' noemen.

Binnen het blok bebouwing waarvan de Minervahuizen thans deel uitmaken, bevond zich vroeger de rooms-katholieke St. Rosaliakerk, een prachtig barok gebouw naar ontwerp van architect Jan Guidici. De mooiste schuilkerk van Nederland. Zelfs zo bijzonder dat de Oostenrijkse keizer Jozef II in 1781 de kerk bezocht. Overigens is het niet de enige schuilkerk. Ook de doopsgezinde gemeente had in onze omgeving een kleine schuilkerk.

Aan het begin van de vorige eeuw werd de westzijde van de stadsdriehoek, De Polder, gesloopt. Het nieuwe stadhuis en het postkantoor verrezen er, later het beursgebouw.

Eind dertiger jaren werd de Meentdoorbraak gerealiseerd: een nieuwe verbinding tussen Coolsingel en Jonker Fransstraat, die de toenemende verkeersdruk zou opvangen. Deze doorbraak maakte deel uit van een reeks oplossingen en ingrepen die de stadsarchitect Witteveen in de jaren dertig bedacht voor verbetering van infrastructuur en leefomstandigheden in de binnenstad.

Op een van de foto's van voor 1940 op de website is de kaalslag te zien waarop later het Minervahuis 1 verrees. Het terrein werd lange tijd benut als markt voor tweedehands auto's en daarvoor als busstation.

Na het bombardement van mei 1940 restte van de binnenstad weinig meer dan een lege vlakte, een tabula rasa. Er gingen 25.000 woningen verloren, 6000 winkels, werkplaatsen, pakhuizen, logementen, kantoren en winkels werden verwoest. Als gevolg van de oorlogshandelingen raakten 78.000 Rotterdammers dakloos.

Het stadhuis en het (lichtbeschadigde) postkantoor aan de Coolsingel, de zwaar gehavende St. Laurenskerk, het luchtspoor, het Schielandhuis en het Minervahuis I aan de Meent, resteerden als zerken op een kerkhof.

Met het puin van de verwoeste stad werd veel binnenwater gedempt. Het Minervahuis I (1937/1938), naar een ontwerp van architect J.P.L. Hendriks, overleefde het bombardement.

Het was een van de eerste Rotterdamse gebouwen dat in betonskeletbouw werd uitgevoerd, vandaar. Onder Rotterdammers kreeg het de bijnaam 'Lucky Building'.
Door de grote brand, volgend op het bombardement, werd het wel ernstig beschadigd.

Nieuwe flatgebouwen met winkels tegenover het Minervahuis en verderop aan de Meent werden volledig verwoest: hun staalconstructie was niet bestand tegen het verzengende vuur.

Ook wat betreft zijn exploitatie was het Minervahuis I een toonaangevende vernieuwing. Het lag op een riante toplocatie waar bedrijven ruimten konden huren: tot dan toe was het namelijk gebruik dat kantoor- en bedrijfspanden in eigendom werden verworven.

Tijdens de oorlogsjaren kwam Minervahuis II gereed, gebouwd op de bestaande fundering van het afgebrande gebouw in een recordtijd, een prestatie van formaat.
Het was het eerste en enige, na het bombardement opgeleverde gebouw van enige omvang, onder de Duitse bezetter bestemd voor huisvesting van 'dakloze' ondernemers. De economie moest weer aan de praat gebracht worden.
Aardig detail is de bomvrije constructie waarover dat gebouw beschikt. Het zou toen een nieuwe luchtaanval hebben moeten kunnen overleven.

Ook Minervahuis I werd in de oorlog hersteld en weer in gebruik genomen.

Minervahuis II werd gesierd met beelden van de hand van beeldhouwer Johan van Berkel. Ze stellen bekende straattypen voor uit die tijd zoals het duivenvrouwtje, figuren uit het vagebondgilde en zij, die gerekend worden tot de kleine, nijvere negotianten zoals kooplui en een visvrouw. Op onze website zijn ze allemaal afgebeeld.